Naar het dak van de wereld. - Reisverslag uit Murghob, Tajikistan van Marian en Joost Brakel en Herder - WaarBenJij.nu Naar het dak van de wereld. - Reisverslag uit Murghob, Tajikistan van Marian en Joost Brakel en Herder - WaarBenJij.nu

Naar het dak van de wereld.

Blijf op de hoogte en volg Marian en Joost

25 Juli 2017 | Tajikistan, Murghob

PAMIR HIGHWAY
"Maar wat is een verjaardag per slot van rekening? Vandaag is hij er, morgen is hij voorbij." (Iejoor)

Allereerst moet ik onze Tajikse meneer, die ons waarschuwde voor de aardverschuiving op de noordelijke route, in ere herstellen: het klopte. Wat op dat moment nog niemand wist, was dat de zuidelijke route die wij dus reden, ook geblokkeerd werd. Aan de Afghaanse kant was namelijk een Katastrofe: er was een stuk berg de rivier in gestort en had daar een dam gevormd. Alle dorpjes moesten worden geëvacueerd in verband met dreigende overstromingen.
Wel, en hier komt weer een lang, lang verhaal...

We beginnen de Pamir-route, de M41 die op de kaart er goed uitziet: een brede rode kronkelweg. Cees zegt terecht dat dit niets over de kwaliteit van de weg zegt, maar meer over de belangrijkheid.
Joost maakt zich wat zorgen over een vreemd dieselprobleempje, wat we alleen hebben als we een steile helling omhoog nemen, op het laatste stukje lijkt de auto het dan niet meer te trekken. Pogingen om een garage te vinden die hier naar kan kijken zijn stuk gelopen op schouders ophalen en weglopen. In geval van nood zullen we Cees of Merel vragen ons over de top heen te trekken.
In Tavildara, het eerste stadje op de M41, doen we boodschappen. Het is een klein gehucht met de bekende lemen gebouwtjes. De winkel verkoopt vooral snoepgoed en frisdrank, zoals de meeste winkels hier. Er zijn hier veel bijna droge rivierbeddingen die ons altijd een makkelijke plek bieden voor de middag- of nachtpauze. Er scharrelen vaak wat koeien en ezels, soms spelen er kinderen in het enkelhoge water. We gaan richting onze eerste pas van 3600 m. De M41 is zodanig slecht dat we gemiddeld 20 km per uur rijden. Onze chauffeurs proberen de gaten en richels zo goed mogelijk te vermijden, de gaten zijn goed voor een flink nijlpaardbad. Het is vooral voor hen vermoeiend rijden, al zegt Cees er weinig last van te hebben. Er zijn in het lagere deel nog bomen en bloemen, en een verfrissende regenbui maakt de omgeving een stuk minder stoffig.
We overnachten op één van de vele prachtige plekjes die hier voor het oprapen liggen, voor we de pas gaan nemen.
Van Cara en Cees mogen we het boek 'Sovjetistan' lezen van de Noorse schrijfster Erika Fatland. Een aanrader!! We lezen er bijvoorbeeld in dat de president van het arme Tajikistan ook aan grootheidswaanzin lijdt, zoals meer presidenten van deze landen. De bevolking weet natuurlijk niet beter, het was vóór 1991 ook al zo. Het belastinggeld wordt uitgegeven aan marmeren en gouden regeringsgebouwen en moskeeën. De rest van het land leeft in armoede, en je ziet aan de staat van de wegen en de kapotte lemen gebouwen inderdaad waar het geld naar toe gaat. We lezen dat de president en zijn personeel rijden in bijna nieuwe gestolen auto's uit het westen.

Vrijdagmorgen 14 juli, nevel en een regenboog.
Ik doe 's morgens een flinke schep verse yoghurt in het ontbijt, en dan komen we er achter dat ik mayonaise gekocht heb.
De pas nemen we moeiteloos en als we afdalen zien we gezinnetjes in kapotte tentjes van plastic met stenen er op wonen. De kinderen zijn vuil en het ziet er allemaal heel armoedig uit. De mensen komen naar onze auto's toe als we stoppen en Merel deelt ballonnetjes en vliegtuigjes uit. Ik geef een blik met snoepjes, waar ze later de resten van hun speelgoed in kunnen bewaren. (Lees Winnie de Pooh, die de pot honing voor de verjaardag van Iejoor leegsnoepte en je begrijpt mijn intentie.)
Waarschijnlijk zijn de tentjes de zomerverblijven van deze mensen, want in de winter kun je hier niet overleven.
Hier en daar staan bijenkorven, er groeit een rode wollige zuring, hemelsblauwe korenbloemen, rozerode soort lathyrus en felgele kamille-achtige bloemen.
We hobbelen en schokken verder en hebben nog geen hinder van het feit dat dit heel Tajikistan zo zal blijven. Af en toe is er een politiepostje en worden we in het grote boek geschreven. Tijdens de lunchpauze worden er wedstrijdjes steentjes gooien in de rivier gedaan en de stemming is goed. Aan de overkant van de rivier ligt Afghanistan. Er is redelijk wat verkeer aan onze kant van de grens, vooral motors en fietsers en af en toe ezeltjes of kalkoenhoedsters.
We liggen deze hele reis gemiddeld rond zeven uur in bed en slapen 12 uur per nacht.

Het weekend van 15 en 16 juli blijken Islamitische feestdagen. Een belangrijke Imam die veel goeds voor het volk gedaan heeft tijdens een hongerperiode, is 60 jaar geworden. Overal zijn vlaggetjes en ballonnetjes. Kinderen knopen ballonnetjes aan onze auto en zo zijn we onderdeel van het feest en worden we overal vriendelijk gegroet. Bijna automatisch leggen we ook vaak de hand op ons hart en prevelen glimlachend Salam. Thomas en Merel worden bijna iedere dag overladen met fruit en we delen mee in de overvloed van meloen en verse abrikozen. Na twee dagen denken we dat we dat beter niet hadden kunnen doen. Om de beurt worden we een beetje ziek, de één maar een nachtje, bij de ander blijft het de hele Pamir aanwezig. We kunnen wel gewoon reizen, maar 's avonds eten we lichte maaltjes of verse groentensoep.
In Korogh, voorlopig de laatste stad, slaan we op advies van het toeristenbureau zoveel mogelijk water in, dat zal de komende week nog weinig te koop zijn. Het toeristenbureau bood ook gratis wifi, waar we heel blij mee waren. Het was ten slotte zondag en alles was dicht. Echter het lukt ons niet toegang te krijgen, tot blijkt dat de jongen eerst maandagmorgen een tegoed moet kopen, hij heeft zelf ook geen wifi meer. De volgende dag lukt het inderdaad even digitaal contact te maken met thuis. Telefoneren is hier niet mogelijk. Merel en Thomas proberen opnieuw een SIM-kaart te kopen, maar nu blijkt dat ze ook een verklaring of registratiebewijs van de politie nodig hebben. Thomas doet nog een poging, maar als hij het volle politiebureau ziet, laat hij los. Knap! Joost laat ook los, we vinden na een uur vragen de door het toeristenbureau geadviseerde garage met een dieselprobleemspecialist, maar de mannen zeggen er geen verstand van te hebben. De specialist is er vandaag niet. Ze bellen hem nog wel, maar telefonisch komen we niet heel veel verder. Wel plakken de mannen voor 2 euro de lekke banden van Cees en Joost.
Cara en Cees worden tijdens de laatste boodschappen nog even vastgeparkeerd door auto's om hen heen, en we zijn zomaar weer een uurtje verder als ze bevrijd zijn. Zo vult de dag zich met allerlei activiteiten. We kunnen dan toch vertrekken en net willen we invoegen in de stadse file, als er twee fietsers stoppen en vragen aan Joost naar Cara Jongepier. Ze moeten haar de groeten doen van iemand uit Nederland. We wijzen naar de Toyota achter ons, waar we Lucca al enthousiast horen blaffen. Lucca doet het bijzonder goed deze reis, ze is iedere dag nieuwsgierig naar waar we nu weer zijn beland.
We gaan de Wakhanvallei in. Hier wonen de mensen in een eigen wereld, waar alleen af en toe een toerist komt kijken. Ze leven zelfvoorzienend, van hun vee en hun moestuin. Alles is wat rommelig, maar doet natuurlijk aan. Aan de overkant zien we de Afghaanse mensen hard werken. Ze ploegen met ossen hun grond, en hoewel het landschap net als hier bestaat uit kale bruine bergen en weinig begroeiing, ziet alles er perfect geharkt en verzorgd uit. Er worden wegen uit de berg gehakt en we zwaaien naar de wegwerkers en steken onze duimen op. Ze zwaaien terug.
We stoppen zoals vaak langs de grensrivier voor een korte pauze, echter drie militairen sturen ons meteen weg, we mogen daar niet staan. Inderdaad naderen we Ishkashim, waar vroeger een brug en een grenspost waren. Je kon er destijds naar een Afghaanse markt. Nu is de grens gesloten, want sinds twee jaar is de Taliban hier behoorlijk actief.
De dagen rijgen zich als glinsterende veelkleurige kraaltjes aaneen, we komen in het laatste gedeelte van de vallei, waar de rivier gul veelkleurige patronen van aangeslibd zand en leem maakt. We stoppen om half drie op een plek met wandelmogelijkheid, naast een weiland met wat grazend vee. Joost en ik lopen even omhoog de bergen in en hebben een weergaloos uitzicht over de hele vallei. Letterlijk een hoogtepunt van de reis tot nu toe. En er zouden er nog meer komen! Maar eerst word ik even flink ziek en ben ik twee dagen tot weinig enthousiasme te bewegen.
Wel kan ik de volgende morgen Thomas mee toezingen (Cees zong een kort levenslied, dat komt af en toe spontaan in hem op), slingers ophangen en zijn kadootje geven. Ook Thomas - wij Kreeften waren degenen die het langst zwak en misselijk bleven - ziet wat bleek. 's Middags bakken we pannenkoeken, maar de beloofde Chili sin Carne moet op het moment van schrijven nog steeds gemaakt worden, er zijn nog steeds wat magen van streek. De verjaardag wordt in etappes gevierd, Merel zegt dat er zelfs in Nederland, eind augustus, nog een verrassing komt.
We zijn inmiddels gestegen naar de 4000 meter en op die hoogte blijven we ongeveer tot in Kirgizië. We weten niet wat de oorzaak van onze klachtjes is, hoogteziekte of het eten? Later horen we van andere reizigers ook nog dat er een soort epidemie heerst met onze klachten. Ach, wat doet het er eigenlijk ook toe! We zijn gewoon niet lekker en verder praten we er niet meer over.
De wind is hard en fris en 's nachts wordt er flink aan onze slaapkamerdeur gerammeld en horen we geritsel van isolatiematerialen op het dak. De warmte is vergeten. De kale bergen om ons heen lijken niet hoog, maar zijn wel flink besneeuwd. De dorpjes zijn ieder een belevenis op zich.
Bijvoorbeeld Alichur, een verzameling onduidelijke lemen gebouwtjes op een groot zanderig terrein. We rijden er wat rond en vragen naar de supermarkt. Er wordt in een richting gewezen, daar nog eens gevraagd en het blijkt het lemen gebouw te zijn waar we voor staan. Binnen treffen we eerst een ruimte aan met een ouderwets gootsteentje van emaille en een lange tafel met plastic tafelkleed. Daarna stappen we een ruimte binnen waar vrolijk plastic palmenbehang aan de muren is geplakt, een lighoek met bonte kussens en een lage theetafel is. Dan ontdekken we een klein loketje in de muur, en in de kleine ruimte achter het loketje staat een ouderwetse weegschaal, en wat flessen olie en verder onduidelijks. Er is een brood en ik knik en wijs daar naar, en roep geestdriftig naar Cara (die brood nodig had). We besluiten er thee te blijven drinken voor de verjaardag van Thomas en er is een klein misverstand, we krijgen het brood er gesneden bij. We kletsen gezellig en hebben het prima naar onze zin. Cara neemt het gesneden brood mee en we betalen een paar euro aan het vriendelijke jonge meisje.
Buiten hebben veel mensen hun gezicht afgedekt met doeken tegen de zon en het stof. Af en toe zien we al een Kirgizische witte hoed, een soort hoge theemuts die vooral door oudere mannen gedragen wordt. Maar ook zien we veel Mongoolse trekken, de smalle ogen en brede ronde wangen.
We naderen Murghab, de grootste stad op deze route. Daar wacht ons een opdracht: in het hotel ligt een kadootje voor ons van Eric Helleman, een goede kennis van ons die hier een paar weken terug was. We zijn benieuwd.
Ons plan was om na Murghab nog een dag of vijf het binnenland in te trekken, richting een natuurpark, maar plots zoemt een nieuwe dreiging onze wereld binnen: wolken muggen! Ze vallen ons aan bij het tankstation, waar de aardige jongen diesel in jerrycans van 25 liter pompt en daar onze tanks mee vult. De dieselprijs ligt hier gemiddelde op de 70 cent per liter en het is - naast de grensposten waar we altijd wel iets onduidelijks moeten betalen - onze grootste uitgave.
Opgewekt gaan we naar het Pamir-hotel. We doen netjes onze schoenen uit bij de ingang, zoals iedereen, en vragen naar het kadootje. De receptioniste geeft ons een zakje Hollandse zuurtjes en salmiaksnoepjes. We moeten erg lachen en gaan maar eens op ons gemak thee drinken. Iemand bestelt eten en het ziet er goed uit. We besluiten boodschappen te doen en daarna hier te gaan eten voor de verjaardag van Thomas, en misschien zelfs even douchen. Als we aan de receptioniste vragen waar de beste supermarkt is zegt ze dat die naast het hotel ligt en over vijf minuten open gaan. Daarna horen we haar druk bellen. We wachten buiten voor de supermarkt en inderdaad komt een minuut of tien later een klein rood autootje aangescheurd. De winkel gaat open, en we zien wat gerimpelde aardappelen, gebarsten tomaten, flessen wodka en cola, en wat blikjes mais e.d. Erg blij worden we er niet van. We kopen toch maar wat, de man is speciaal voor ons naar de winkel gekomen. Het schijnt hem niet veel te kunnen schelen. Water, onze belangrijkste behoefte, is er alleen koolzuurhoudend.
Terug in het hotel eten we gezellig met ons zessen, een unicum omdat Lucca meestal niet in de eetgelegenheden mag in deze Islamitische landen. Ik koop bij een loketje in de eetzaal een biertje en een potje Calvados voor twee euro en we wachten geduldig tot ons eten komt. Het is een soort aardappelen, groenten en vlees in ruime jus, maar voor Merel en Thomas is het wel min of meer vegetarisch gemaakt en dat waarderen we. Daarna vertrekken we in goede stemming en gaan een mugvrije nachtplek zoeken, die we een paar kilometer voorbij Murghab vinden.
Wat doen we met ons plan om nog een dag of vijf het binnenland in te gaan? De muggen en ons welzijn doen ons twijfelen. Maar de volgende morgen gaan we voor alle zekerheid wel terug naar Murghab om nog wat groenten, fruit, brood en water te zoeken.
Het hotel heeft geen water voor ons te koop, en in de supermarkt kopen we dan maar al het koolzuurhoudende water wat de man heeft (12 flessen). Dan rijden we naar de kleine bazar en tot onze verbazing zien we onderweg twee waterpompinstallaties, bediend door een jongetje dat pompt voor wie het nodig heeft. Nog verbaasder zijn we als we op de bazar een overvloed aan groenten en fruit vinden, én zoveel flessen water als we willen. Ik zal nooit weten waarom de receptioniste van het hotel ons dit niet vertelde.
Goed bevoorraad gaan we op pad, en we hebben al snel een lege band, deze is echt aan flarden. Terwijl Joost hem verwisselt, stopt er een gids en hij vertelt ons hoe ongelooflijk mooi Kirgizië is, en dat de wegen in Kirgizië goed zijn en die in Kazachstan beter dan vroeger. Dat is goed nieuws en we nemen het mee in onze besluitvorming. We gaan op weg naar de hoogste pas van deze reis, 4655 meter. Zal de Toyota de top halen?
Zowel Cees als Joost schakelen de laatste trage meters snel in 4x4, en met de extra zuurstof die dit aan de motor geeft, lukt het hen allebei boven te komen. Nét. Merels Toyota doet het moeiteloos.
De beloning is een magnifieke pas, die alle moeite ruimschoots waard is. Er is een rivier die aan beide zijden grillige zoutpatronen heeft gevormd, er zijn talloze bergen in allerlei vormen en kleuren en formaties. We zouden hier wel een maand willen blijven en de bergen stuk voor stuk willen leren kennen, want allemaal zijn ze anders van karakter. Maar na een uur gaan we weer verder, er wacht een felblauw meer en 's nachts kijken we naar de sterrenhemel vol heldere sterren en twee lange melkwegen die samenkomen.
Karakul, het plaatsje aan het meer, begroet ons de volgende dag met een vervallen grote oude militaire Russische post met wachttoren. Er staat een verroest bord Stop op de weg, en uit het vervallen gebouwtje vliegt een raaf. We rijden het stadje in, een verzameling lemen gebouwen met - we beginnen het te leren kennen - op één handgeschreven Cafetaria, met een pijl. Een oud echtpaar in Kirgizische klederdracht zou graag een praatje maken en is teleurgesteld als Joost in het Nederlands vriendelijk vertelt dat hij ze niet verstaat. We vragen om thee en er wordt gewezen. Ook hier betreden we een gezellige theeruimte, plastic behang met palmen en cocktails, een poster met een decadente westerse lunch (quiche, garnalen enz.). We bestellen thee. Willen we meer? Neenee, echt niet. Het is 10.00 uur 's ochtends. Er komt thee en nou ja, vooruit, brood, boter en meloen. We kletsen en er komt een jonge man vragen of we willen eten. Nee, echt niet, néé. Wat later komen er zes maaltijden, we willen niet eens weten wat er op de bordjes ligt en sturen het terug. Leuk vindt het echtpaar het niet, en het kost waarschijnlijk niks, maar we - behalve Cara, die had er wel zin in - hebben geen trek. We willen betalen met 100 Somoni, het is 40 en mevrouw heeft geen wisselgeld. Ze komt later terug met 40, is dat genoeg? Met wat moeite vinden we nog 50 Somoni (euro of zes) in een portemonnee en laten het maar zo. We hebben intussen het nieuwe plan besproken en iedereen is het er mee eens. We gaan naar de grote stad Osh in Kirgizië, hier zo'n 250 km vandaan, en blijven daar een paar dagen tot iedereen zich weer goed genoeg voelt om verder te reizen, en gaan dan een paar dagen het binnenland van Kirgizië verkennen.
Met toch enige spijt nemen we 22 juli afscheid van dit bijzondere land, zo leeg, zo arm. De kindersterfte is hoog en mensen worden niet oud, de temperaturen en seizoenen zijn extreem en de staat zorgt voor niemand. Toch schijnen de mensen in de bergen en valleien nergens anders te willen wonen. Eén man zei in het boek Sovjetistan: "Ik ken alle 76 planten die er groeien, ik weet welke knoppen ik in de lente er van kan eten. Nergens is het water zo helder en de lucht zo zuiver als hier." En we begrijpen het.

  • 25 Juli 2017 - 13:58

    Anneke :

    Tjonge jonge, wat zijn jullie ver weg! En wat n fantastische reis...zo bijzonder! Ik probeer jullie op de kaart te volgen en ben diep onder de indruk! Wauw...wat avontuur. Hele dikke zoen

  • 25 Juli 2017 - 14:15

    Ton:

    Wat een mooie beschrijving Marian en wat een ervaringen, geweldig!!

  • 25 Juli 2017 - 14:23

    Louise Muilwijk:

    Ik heb weer genoten van het verslag, en de foto's.
    Heel veel plezier verder, wij vermaken ons hier in Friesland en straks in de achterhoek.
    Liefs Ton en Louise

  • 25 Juli 2017 - 15:58

    Gerda En Ad:

    Hi Cara en Cees. Het blijft leuk om het reisverslag te lezen. Dank aan Marian. Wij fietsen veel en picknicken dan onderweg. Lieve groetjes aan jullie en de medereizigers , knuffel voor Lucca .Liefs Ad en Gerda

  • 25 Juli 2017 - 19:24

    Anton:

    wat een geweldige reis en wat jullie al niet mee hebben gemaakt en ook veel gezien ik vind het super knap van jullie ik kijk weer uit naar het volgen verslag veel plezier groetjes aan de anderen een lieve groet Anton xxx

  • 26 Juli 2017 - 00:10

    Maja De Jong - De Herder:

    Als ik mijn ogen sluit reis ik met jullie mee (zonder dat mijn maag van streek is en zonder pijn in mijn rug van het gehobbel) zo beeldend is het verhaal van Marian. Fijn, zo beleef ik ook een soort vakantie!
    Ik ga elke dag naar de boerderij, vooral voor Sarah die, denk ik, die bezoekjes nodig heeft.
    Ik denk dat 'de kijkers' nu zitten te rekenen of ze genoeg geld in hun buidel hebben om al hun plannen met de boerderij te verwezenlijken. Als ik meer weet laat ik dat meteen weten.
    Ik eet van jullie blaadjes sla, snoep van de frambozen (de aardbeien zijn op). Ik heb de eerste rijpe pruim gegeten (de anderen zijn nog groen), de kippen leggen zo nu en dan een ei op de grond in het hok, en er zijn meer dan genoeg brandnetels (voor soep) en volop zevenblad (dat ik regelmatig eet). Dat zal ik missen als de boerderij verkocht is.

    XXX Maja

  • 27 Juli 2017 - 09:03

    Wies:

    Zijn jullie inmiddels weer beter?
    Dank je wel weer voor je beeldende verslag Marian, samen met de foto's en de plaatsnamen gevolgd via maps, krijg ik een vermoeden van de intensiteit en schoonheid van jullie reis.
    XWies

  • 02 Augustus 2017 - 19:04

    Jos En Maria:

    Hoi lieve luitjes,
    We zijn sinds gisteren weer thuis. En wat doe je dan? Jouw blog, Marian, lezen! Je maakt ons op een prachtige manier deelgenoten van jullie bijzondere reis.
    Behoorlijk pittig soms (of meestal?), spannend en avontuurlijk.
    Hopelijk zijn jullie nu weer helemaal fit en gezond.
    Blijf je verbazen en genieten.
    Wij blijven jullie volgen.
    Lieve groeten, Maria en Jos

  • 23 Oktober 2017 - 18:30

    Bart:

    Het is goed om iedere dag van een nieuw verslag te genieten. Gr. bart

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marian en Joost

Actief sinds 20 Sept. 2008
Verslag gelezen: 2140
Totaal aantal bezoekers 78139

Voorgaande reizen:

01 Mei 2024 - 18 Mei 2024

Baltische zielen

10 Augustus 2022 - 28 September 2022

Georgië

01 Januari 2019 - 01 Januari 2020

Verhuizen

16 Juni 2017 - 10 September 2017

Gezellig met zijn allen naar Tajikistan!

12 December 2014 - 10 Januari 2015

Allemachtig prachtig Marokko!

31 Mei 2013 - 06 Juni 2013

New York, New York

22 Juli 2012 - 19 Oktober 2012

Gezellig met z'n allen naar Mongolië.

01 Oktober 2009 - 02 November 2009

Even naar Tunesië en Djerba

17 Oktober 2008 - 31 Januari 2009

Naar India via Turkije, Pakistan en Iran

18 Mei 2001 - 18 Mei 2002

Een jaar reizen 2001-2002

Landen bezocht: