Maart 2002 - Reisverslag uit Mértola, Portugal van Marian en Joost Brakel en Herder - WaarBenJij.nu Maart 2002 - Reisverslag uit Mértola, Portugal van Marian en Joost Brakel en Herder - WaarBenJij.nu

Maart 2002

Blijf op de hoogte en volg Marian en Joost

22 Juli 2022 | Portugal, Mértola

1 maart 2002, Mertola, Portugal.

We hebben diepe gesprekken over hoe we ons leven bewuster kunnen leven, dichter bij ons zelf. Bij de koffie natuurlijk, die we roeren met een kaneelstokje.

We bezoeken het oude kasteel op de heuvel, Mertola is een leuk stadje. We reizen door mijngebied, veel rode aarde, eucalyptusbomen, struiken met grote witte bloemen, paarse lavendel. Oude afgebrokkelde huisjes en overal ooievaarsnesten.

We overnachten in het verlaten terrein en maken er mooie wandelingen. Een grote kudde geiten met bellen om hun nek laat onze trailer schudden. Als we naar buiten kijken zien we een vrachtwagen die net wat geiten geslacht heeft en het vlees wordt in de rivier schoongewassen. De kleine meisjes spelen met de darmen. Eigenlijk waren we van plan hier een paar dagen te blijven staan, maar we gaan toch maar weer verder.

We komen bij een grote open groeve met grote bergen afvalpuin er omheen. De huisjes zijn ingestort, maar op al dat puin groeien de prachtigste bloemen.

Het gaat regenen en ook hier is een kudde geiten die langstrekt, met honden die naar ons blaffen. We hebben gemerkt dat we hier en in Spanje zelfs in de meest stille en verlaten gebiedjes ’s nachts honden horen blaffen.

De volgende dag maken we een wandeling tussen de bloesembomen en de olijfbomen, onze schoenen zwaar van de modder. We willen deze maanden zo rustig mogelijk door Spanje reizen, langer blijven op mooie plekken, waar we tekenen, schrijven, studeren, lezen en de pracht van de natuur tot ons door laten dringen.

Na twee nachten komt er een natuurwacht zeggen dat we hier niet mogen kamperen. Het is al een eind in de middag en we mogen nog één nacht blijven staan. ’s Morgens om acht uur staat echter de Guardia op onze deur te kloppen, ze willen onze papieren zien en wachten tot we vertrekken.

We rijden door de Meseta, de hoogvlakte, richting het oosten.

Joost raakt weer een vulling uit een kies kwijt, we laten het maar even zo, hij heeft geen pijn. Ik heb veel rug- en hoofdpijn. De matrasjes van het bed raken versleten en hebben geen veerkracht meer. We proberen steeds iets nieuws, zoals dekens en slaapzakken op de matrassen. Maar dat betekent ook dat het iedere avond een hele klus is om het bed in orde te krijgen.

11 maart. Mesones.

De bergen worden steeds kaler en droger, we rijden door prachtige verlaten vlakten. Nachtplekjes vinden valt echter niet mee, we hebben een zijweggetje of een pad nodig waar we een beetje beschut kunnen staan.

We bezoeken de palmentuinen van Elche aan de zuidoostkust van Spanje. Het is er prachtig, en dat vinden alle pensionada’s met hun nieuwe campertjes ook. Ze gaan naar een bouwterrein in de buurt om te overnachten, en wij gaan met ze mee.

14 maart, Murcia.

Murcia is niet zoals beschreven in de boekjes. Het wordt beschreven als een woestijnachtige zoutvlakte, maar we rijden door Aalsmeer, met talloze kassen en met plastic bedekte groentevelden.

We vervolgen onze reis langs de kust. Er is hier geen zandstrand, maar palmen en cactussen. Boomloze bergen en droge rivierbeddingen. De zee is blauw en woelig.

In hetbinnenland bezoeken we een dorp met heel veel verlaten rotswoningen. Sommige worden nog bewoond, met tuinen vol sinaasappelbomen, citroenbomen, olijfbomen. Het wordt voorjaar en overal bloeien bloemen.

We overnachten bij een stuwmeer en Joost gaat hout zoeken voor een avondvuurtje. Daarbij valt hij bijna in een 7 meter diepe put, die daar gewoon tussen de struiken ligt, een gat in de grond met een diameter van zo’n 2 meter.

16 maart, Almeria.

Wat een prachtig landschap! Moorse vierkante gebouwtjes, palmen, droge bergen, sinaasappelbomen. De doornige kale struiken komen tot bloei in geel, zachtlila, dieppaars. Klaprozen, vetplanten, cactussen vol vruchten. Een sprinkhaan zo groot als een vogel. En overal, werkelijk overal, plastic flessen.

20 maart, 39 graden.

We rijden door een heel apart gebied. Er zijn marmergroeven, droge rivierbeddingen, we rijden over een hoogvlakte. Herder met geiten en schapen, maar ook in een verlaten dorpje een hippiegemeenschap. Ze wonen in de vervallen huisjes of in eigen tenten.

We hebben het een beetje moeilijk, reageren erg op elkaar, en eigenlijk hebben we geen idee wat er aan de hand is. Dus rijden we meer dan we stilstaan, dat is dan het makkelijkst. Af en toe hebben we wel goede gesprekken, waarin we eerlijk onze angsten of irritaties benoemen. Ik begin een beetje genoeg te krijgen van het reizen, maar ons huis is tot juni verhuurd aan Francien, een vriendin van een nichtje, dus dan zouden we nog een tijd naar Majeunie gaan. Dat trekt eigenlijk ook niet echt. En daarna naar Nederland, al die drukte en allebei werk zoeken…. De provincie Murcia past perfect bij deze stemmingen. De bergen afgehakt voor steen, een droge provincie, geen bloemen of eucalyptusbomen, alleen tuinbouw en glazen steden. Of velden vol planten, afgedekt met plastic. Maar we naderen de provincie Valencia, en daar fleuren we van op. Alles is zoveel levendiger, kleuriger, voller.

22 maart

In een stadje gaan we naar de markt, kopen aardbeien en eten gefrituurde meelstengels.

We blijven een paar dagen in de buurt en verkennen de omgeving. Mijn psychologiestudie vordert en ik lees een mooi boek, Geschonden Engel, over de revolutie in Mexico in 1800 en de Spaanse trots en eer. Bij Joost blijft er iets broeien, maar omdat het met mij beter gaat maken we er toch het beste van. Hij is een dierbaar zakmes verloren en dat vindt hij moeilijk. Hij maakt zich zorgen over een geluidje in de motor van de auto. Hij is het reizen zat, zou het liefst snel naar Majeunie rijden. Intussen is de natuur lang niet gek. Amandelbomen, olijfbomen, hier en daar wat mooie zwarte stieren.

24 maart

Via hoge bergen richting de kust getrokken, op ons gemak. Minder op hun gemak reden de wielrenners, die er meestal toch uitzien alsof ze rond de 60 jaar zijn of ouder. Het is meer dan 30 graden. Af en toe is er een kleine brand. We naderen de Ebro-delta, die in ons reisboek wordt geroemd als een vogelparadijs. Het moet een gebied zijn met veel rijstvelden, maar we hebben nog geen vogel en ook nog geen rijstveld gezien. Wel vindt Joost een oude vlieger en hij krijgt hem de lucht in, er is gelukkig een koele wind.

De volgende dag gaan we door het ondiepe water lopen en dan zien we toch de beloofde vogels en rijstvelden. Eén flamengo en heel veel witte reigers, maar toch. Armoedige ingestorte huisjes wisselen met rijke villa’s en dure auto’s op de oprit. Veel nieuwe huizen in aanbouw.

Op een oprit staat een vrouw met een zoon van een jaar of negen. Ze bleef er staan en naar ons kijken en we vragen ons af of ze hulp nodig heeft. Ze komt naar ons toe en vraagt of we de dieren willen komen kijken. Haar zoon roept dat we dat voor één euro mogen. Hij leidt ons rond en vertelt allerlei verhalen over alles wat we te zien krijgen. Er zijn veel eenden in een flinke vijver, kippen, een pauw, vechtende bokjes. Als de rondleiding klaar is geven we de vrouw een euro. Ze moppert dat het te weinig was.

26 maart, 60 km ten oosten van Zaragossa.

We zijn in de provincie Aragon en volgen de rivier de Ebre, die ons tussen imposante bergen door leidt. De zon is warm, de wind koel. De huizen zijn niet gewit of gekalkt, maar hebben nog de leemkleur. Af en toe een wijnveldje. We kennen Aragon nog van een vorige reis, het is een fijne provincie. We drinken koffie op een terrasje en nemen wat tapas, augurk, olijven en tonijn. We praten over de reis, wat had beter gekund? Een goed bed, een Landrover of zelfs een Toyota Landcruiser met vierwielaandrijving, een extra accu om binnen wat op aan te kunnen sluiten, een goed kacheltje, wat meer geld, een computer die wat minder weegt dan deze van vijf kilo waarmee we nu steeds lopen, soms over heet asfalt, op zoek naar een internetcafé. Joost heeft veel last van zijn gebit gehad deze reis, en nog steeds. Ook vind hij de steeds warmlopende motor van de Peugeot niet makkelijk, de motor is niet sterk genoeg om een paardentrailer over de bergen te trekken. En dan steeds de vrachtwagens die in een kolonne achter ons rijden en ons in willen halen, terwijl dat soms niet kan. Ook is een jaar te lang voor hem, hij verliest zich in doelloosheid en raakt overprikkeld door de niet aflatende stroom indrukken. Maar ook vinden we dit reizen heerlijk, de eenvoud, de rust, de natuur, alsof er zich iets in ons bloed heeft genesteld wat ons steeds opnieuw hiernaar zal doen verlangen. Spanje heeft ons hart gestolen en we gaan het land zeker vaker bezoeken. Het is een krachtig, ruig en toch vriendelijk land met veel karakter.

We overnachten op een heerlijk stille plek, zelfs geen blaffende honden! Wijds uitzicht vanwege de hoogvlakte. Op een rots zit een kleine uil.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marian en Joost

Actief sinds 20 Sept. 2008
Verslag gelezen: 133
Totaal aantal bezoekers 70977

Voorgaande reizen:

10 Augustus 2022 - 28 September 2022

Georgië

01 Januari 2019 - 01 Januari 2020

Verhuizen

16 Juni 2017 - 10 September 2017

Gezellig met zijn allen naar Tajikistan!

12 December 2014 - 10 Januari 2015

Allemachtig prachtig Marokko!

31 Mei 2013 - 06 Juni 2013

New York, New York

22 Juli 2012 - 19 Oktober 2012

Gezellig met z'n allen naar Mongolië.

01 Oktober 2009 - 02 November 2009

Even naar Tunesië en Djerba

17 Oktober 2008 - 31 Januari 2009

Naar India via Turkije, Pakistan en Iran

18 Mei 2001 - 18 Mei 2002

Een jaar reizen 2001-2002

Landen bezocht: